[AGTRT-BDF81] De Genderkoek wordt veel gebruikt in het onderwijs, maar een wetenschappelijke basis ontbreekt

Jan Bergstra & Laurens Buijs
Amsterdam Gender Theory Research Team

Opzet van dit blog

  1. Inleiding
  2. Wat valt op aan de Genderkoek?
  3. Waarom doet dit ertoe?
  4. Gender versus seksuele oriëntatie
  5. Conclusie

1. Inleiding

De Genderkoek is de Nederlandse vormgeving van de Genderbread Person van Sam Killermann. Dit is een tekening van een poppetje van anijskoek, dat inmiddels bijvoorbeeld in het Nederlands primair onderwijs wordt gebruikt om kinderen voor te lichten over diversiteit van gender en seksualiteit.

Op Google Scholar vonden wij geen enkele wetenschappelijke publicatie van Sam Killermann: zijn Genderkoek is dus niet wetenschappelijk onderbouwd. Voor succes is dat ook niet nodig, wij verwijzen maar naar de UvA-sociologen die een hun qua opvattingen onwelgevallige medewerker inzake gender doen vertrekken zonder zelf ook maar een letter over gendertheorie op papier te zetten (zie AGTRT-BDF40). 

Geert WIlders maakte in september 2021 gehakt van de Genderkoek in het Nederlandse parlement. Hoewel de Genderkoek zeker potentie heeft als voorlichtingsmateriaal, moet er wel het nodige aan verbeteren.

Even frappant is de onderzoeksschool over gendertheorie in Nederland van de Universiteit Utrecht: geen enkel voor ons zichtbaar werk komt daarvandaan, maar er wordt toch meegedaan met de UvA-mindset (zie AGTRT-BDF9, AGTRT-BDF15 en AGTRT-BDF25). Dat levert een simpele omschrijving van woke: “woke” is gelijk hebben zonder te hoeven uitleggen waarom en zonder twijfels over het eigen gelijk. Wat dat betreft is er nog veel academisch woke in Nederlands.

Lees meer over de basics van gender:
Wat is gender eigenlijk, en waarom is biologisch geslacht niet toereikend?

2. Wat valt op aan de Genderkoek?

Wij bekijken de volgende Nederlandse versie van de Genderkoek die te vinden is op de website van het Genderpunt:

Wat valt daar op? 

  1. Dat genderidentiteit vijf vormen kan aannemen komen wij in de serieuze literatuur over gender niet tegen. Dat manachtig en vrouwachtig de kwalificaties zijn die men met genderidentiteit meet of weergeeft is ons niet duidelijk. 
  2. De notie gender ontbreekt en daarmee het concept van de gendercategorisering. Daarmee is meteen onbegrijpelijk geworden waar de discussie inzake gender en wet- en regelgeving over zou kunnen gaan. De Genderkoek helpt niet voor het vinden van antwoorden op de vragen die nu zo actueel zijn, en die gaan over wie moet worden gezien als man en wie als vrouw, wie mee mag doen in sport en wie toegang krijgt tot vrouwenruimtes, etc. We nemen maar aan dat de Genderkoek hiermee de co-essentialistische positie inneemt: gendercategorisering loopt precies langs de lijn van de genderidentiteit. Maar minder duidelijk is dat en waarom van de vijf typen gender er maar drie kandidaat zijn om in een paspoort te worden vermeld. 
  3. Bij biologisch geslacht komen we tegen: mannetje, vrouwtje, transman, en transvrouw. Wat zou dat betekenen? Is men soms biologisch een mannetje en tegelijk “een vrouw”? Zijn deze verkleinwoorden bedoeld om aan te geven dat de biologische kenmerken minder ter zake doen? Is de gendertransitie volgens de Genderkoek een zaak van “biologisch geslacht”?
  4. Is seksuele aantrekking een zaak van genderexpressie of van gender? In What is sexual orientation? (2016) duidt Robin Dembroff seksuele aantrekking als iets dat je primair moet baseren op gender, en daarmee niet primair op genderexpressie. Heeft Dembroff het fout? Of vanuit welk verhaal over gender en seksuele oriëntatie kan dit aspect van de Genderkoek anders gemotiveerd worden?
  5. Two-spirit genderidentiteit komt in de ons bekende wetenschappelijke literatuur over gender niet voor. Dat doet er misschien niet veel toe, maar in de biologie of in de wiskunde zou men zo toch niet willen werken.
  6. Homo wordt gekoppeld aan seksuele aantrekking, lesbisch aan romantische aantrekking, is dat een manifestatie van een vooroordeel of zit hier theorie achter?
  7. Romantische aantrekking kan het label biseksueel hebben. Dat is opmerkelijk, want juist van romantische aantrekking zou je kunnen denken dat dit in termen van gender kan worden beschreven. Of hebben we naast het principe dat gender los staat van seksuele oriëntatie ook het principe dat gender los staat van romantische oriëntatie? 

3. Waarom doet dit ertoe?

Deze punten doen er toe, want steeds weer blijkt dat wie vragen stelt over zoiets als de Genderkoek meteen in de hoek van genderkritisch wordt geplaatst (quod non), en eventueel zelfs als anti-gender (idem quod non). 

In het artikel The Genderbread Person: mapping the social media debate about inclusive sexuality education (2023) geven Thalla van Wichelen, Emma Verhoeven en Priscilla Hau dit probleem mooi weer: kritiek op de Genderkoek wordt daar neergezet als “anti-woke”, anti-inclusief, anti-genderideologie, anti gendetheorie, anti-LHGBTI etc. Op de gedachte dat de Genderkoek een verhaal vertelt dat onvoldoende basis heeft en om die reden voor kritiek vatbaar zou zijn komen deze auteurs zo te zien niet.

Maar de Genderkoek is manifest eenzijdig en geeft onvoldoende handvatten om de grote maatschappelijke controverses die hier spelen te begrijpen. En dat is niet goed, want om deze controverses simpelweg af te doen als verlicht versus achtergebleven is te kort door de bocht. 

De Genderkoek is gender-sceptisch. En daarmee bedoelen we dat men voor resultaten van wetenschappelijk werk over gender geen belangstelling heeft. Dat blijkt uit het feit dat bruikbare en traceerbare connecties met de wetenschappelijke literatuur over dit vakgebied bewust worden vermeden.

Het onderwerp “gender” zien wij niet als een vrijbrief om van alles en nog wat te fantaseren maar als een uitdaging om er doordacht mee om te gaan. De Genderkoek zou een stuk sterker worden als het een eenvoudiger verhaal brengt van waaruit ook de lijnen van debat en controverse zichtbaar kunnen worden. Dat lijkt ons goed mogelijk.

Lees meer over het verschil tussen sekse en gender:
De Nederlandse taal schiet tekort voor gendertheorie, en moet worden uitgebreid met male en female

4. Gender versus seksuele oriëntatie

De Genderkoek vat te gemakkelijk seksuele oriëntatie onder het label gender. Daar is iets op tegen, want dit zijn twee verschillende zaken. Van de heteronorm afwijkende verschillen in seksuele oriëntatie worden in veel landen nog altijd verboden, en het is niet zo lang geleden dat dat in Noord-West Europa ook nog zo was. 

Daarmee is meteen duidelijk dat deze verschillen in seksuele oriëntaties bestaan, anders hoefde men die toch niet te verbieden. Het goed hanteren van de diversiteit van seksuele oriëntatie is van groot belang, maar het is in grote lijnen, hier en elders, een zaak van ethiek en moraal. Daar is natuurlijk niet iedereen het mee eens, maar dat doet daar toch niets aan af.

Bij genderidentiteit speelt een andere kwestie. De rationale van het concept transgender overtuigt op dit moment niet iedereen en dat tekort aan evidente rationaliteit van het concept van de gendertransitie is beslist niet zomaar een zaak van ethiek en moraal. De thematiek van gender is van een andere orde dan seksuele oriëntatie, zoveel gelijk zouden de TERF-ideologen (zie AGTRT-BDF43) toch wel mogen krijgen.

Om gender en seksuele oriëntatie in één adem te noemen, alsof zij van hetzelfde laken en pak zijn, is niet verhelderend.

5. Conclusie 

We komen tot de volgende conclusies over de Genderkoek:

  1. De Genderkoek is een invloedrijke interventie in het onderwijs, maar mist aansluiting bij de wetenschappelijke literatuur over gender.
  2. De Genderkoek is op veel punten te bekritiseren, maar wie die kritiek geeft wordt in academische en intellectuele kringen snel weggezet als anti-woke, anti-inclusief en te zeer gender critical.
  3. De Genderkoek zou een stuk sterker worden als het een eenvoudiger verhaal brengt dat onderbouwd wordt door de literatuur over gender, en van waaruit ook de lijnen van debat en controverse zichtbaar kunnen worden.
  4. De Genderkoek doet er goed aan om genderidentiteit en seksuele oriëntatie duidelijk te scheiden als twee verschillende fenomenen.

Reacties

Geef een reactie

WordPress.com.

Ontdek meer van Amsterdam Gender Theory Research Team (AGTRT)

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder