Jan Bergstra & Laurens Buijs
Amsterdam Gender Theory Research Team
In AGTRT-9 hebben we een reeks van versies van gendertheorie (VvGT) op een rij gezet en een ordening aangebracht naar toenemende transinclusiviteit.
Hoewel instructief, levert genoemd overzicht geen voldoende bruikbare namen voor de versies die nog moeten worden ontworpen. Maar zulke namen zijn goed te bedenken als we het aantal versies tot zeven versies beperken, die lopen van essentialistisch (gender als zeer vastliggend) tot co-essentialistisch (gender als zeer maakbaar):
- Essentialistische VvGT;
- Gematigd essentialistische VvGT: de scherpe kanten van essentialisme eraf;
- Liberaal-principieel essentialistische VvGT: de kern van het essentialisme is leidend terwijl naar vermogen ook individuele wensen steeds worden gerespecteerd;
- MotR (middle of the road) VvGT: een (beoogd) compromis tussen beide extremen (ofwel: een compromis tussen liberaal-principieel essentialistische VvGT en liberaal-principieel co-essentialistische VvGT);
- Liberaal-principieel co-essentialistische VvGT: de kern van het co-essentialisme is leidend terwijl naar vermogen ook individuele wensen worden gerespecteerd;
- Gematigd co-essentialistische VvGT: de scherpe kanten van co-essentialisme eraf;
- Co-essentialistische VvGT.
Bij de scherpe kanten van essentialisme kunnen we denken aan: het ontkennen van genderdysforie, het ontkennen van transseksualiteit/transgendering als mogelijke medische oplossing voor genderdysforie, het ontkennen van elke vorm van neutraal gender, maar ook het verwarren van gender met seksuele oriëntatie. Essentialistische VvGT treft men aan in de Rooms-Katholieke Kerk (RKK) en de Russisch-Orthodoxe Kerk (ROK), maar ook bij sommige groepen van Evangelische Christenen en bij de TERF’s (Trans-Exclusionary Radical Feminists).
Gematigd essentialistische VvGT accepteert soms uitzonderingen op regels zodat deze scherpe kanten eraf gaan. Deze acceptatie van uitzonderingen vindt plaats om al te grote conflicten met andersdenkenden te vermijden, maar niet zo zeer op grond van inhoudelijke argumenten die deel uitmaken van het essentialistisch gedachtengoed. In AGTRT-4 hebben we beschreven dat het met een persoon zo kan zijn gesteld dat van (zeg man naar vrouw) transsexing geen sprake is terwijl er goede gronden zijn om wel van (man naar vrouw) transgendering te spreken. Zulke overwegingen passen in een liberaal principieel essentialistische visie.
Bij de scherpe kanten van co-essentialistische VvGT rekenen we: (1) Mannen die om opportunistische redenen zich als vrouw identificeren/categoriseren en hun nieuwe gender dan gebruiken om vrouwen lastig te vallen, dan wel op andere wijze in hun belangen te schaden. (2) Gender-affirming therapie (inclusief onomkeerbare operaties) uitsluitend op basis van de wensen van betrokkene. Gematigd co-essentialistische VvGT accepteert soms uitzonderingen op regels (bijvoorbeeld rechten voor vrouwen gelden niet altijd voor transgender vrouwen) zodat deze scherpe kanten er af gaan. Deze acceptatie van uitzonderingen vindt plaats om al te grote conflicten met andersdenkenden te vermijden, maar niet zo zeer op grond van inhoudelijke argumenten die op natuurlijke wijze passen bij het co-essentialisme.
Lees meer over onze kritiek op het co-essentialisme:
Nederland heeft een genderkritische beweging nodig
In een eerdere blog (AGTRT-BF19) hebben we uiteengezet dat verschillende partijen binnen de RKK er verschillende versies van gendertheorie op na houden (waaronder essentialistische VvGT en co-essentialistische VvGT en een opening naar genderkritische VvGT), en dat het project om een voor de RKK als geheel definitieve, of althans voor langere tijd bruikbare VvGT te ontwerpen nog niet afgerond is. Wij verwachten dat de RKK allereerst een gematigd essentialistische VvGT zal formuleren en daarna adopteren, en pas in tweede instantie een liberaal-principieel essentialistische VvGT zal bedenken en adopteren. Deze volgorde der dingen zou wel een gemiste kans betekenen, want juist bij het ontwerpen van een voor de RKK hanteerbare liberaal-principieel essentialistische VvGT komt de vraag aan de orde waarom men een essentialistische kijk op de mens wil omarmen. Bij de essentialistische VvGT en bij de gematigd essentialistische VvGT is de keuze voor een essentialistisch uitgangspunt een religieus axioma om zo te zeggen.
Lees meer over de discussie over gender in de Rooms-Katholieke Kerk:
De Rooms-Katholieke Kerk kent meer diversiteit in opvattingen over gender dan men zou denken
In het interview in The Pillar met kardinaal Eijk (zie ook AGTRT-BF19), stelde hij dat er voor de essentialistische visie primair een theologisch argument is: als de begrippen man en vrouw vervagen, dan ook vader en zoon en daarmee verliest ook de in die termen gestelde verklaring van de relatie tussen de mens en God op onvervangbare wijze aan betekenis. Dit primaire argument is misschien beslissend voor hen die dit deel van de leer van de RKK van groot belang vonden, maar het argument verliest in andere kringen aan waarde. Men vraagt zich dan toch af: zijn er andere niet-theologische argumenten voor het essentialisme inzake gender die niet zo strikt en formalistisch zijn dat voor geen enkele uitzondering meer plaats kan worden gemaakt?
In AGTRT-6 hebben we een reeks van condities bekeken waaronder het toenemend plausibel is dat een man (vrouw) een persoon van mannelijk (vrouwelijk) geslacht (beide in biologische zin) is. Met het sterker worden van deze condities neemt de plausibiliteit af dat een persoon van man naar vrouw of van vrouw naar man kan transformeren enkel en alleen door een op elk moment omkeerbare wilsbeslissing. Langs deze lijn kan een beperking van de gendercategorisering op basis van gender zelfidentificatie worden omschreven en zulke overwegingen zouden een plaats kunnen vinden in een liberaal principieel co-essentialistische VvGT.
De nieuwe transgenderwet die vanuit de Tweede Kamer was voorgesteld en die inmiddels controversieel is verklaard, is co-essentialistisch. De wijziging die NSC van Pieter Omtzigt zou willen aanbrengen maakt het voorstel gematigd co-essentialistisch. Voor ons project om een MotR VvGT te ontwerpen is het zinvol om eerst overtuigende suggesties voor de beide liberaal-principiële VvGT’s te inventariseren en pas in een volgende fase uit te zoeken welke mogelijke compromissen daartussen bestaan.
Geef een reactie