[AGTRT-BDF18] Een nieuwe transgenderwet is wel degelijk nodig

Jan Bergstra & Laurens Buijs 
Amsterdam Gender Theory Research Team

De verkiezingen staan voor de deur, maar er is in de partijprogramma’s nauwelijks steun te vinden voor de nieuwe transgenderwet. Alleen VOLT en BIJ1 maken hun steun daarvoor expliciet. Dit roept de verwachting op dat een nieuwe transgenderwet er niet snel van zal komen.

Lees meer over hoe de verkiezingsprogramma’s over de transgenderwet schrijven:
Over de nieuwe transgenderwet is in de verkiezingsprogramma’s nog maar weinig te vinden

Maar dat is niet ideaal. Er zijn reden om de in 2014 aangepaste (oude) wet nogmaals aan te passen. Deze redenen zijn als volgt:

  1. Het is zinvol om een derde geslacht (hier gezien als Nederlands voor gender) in te voeren, te weten “neutraal”. Zie AGTRT-1 voor neutraal gender en AGTRT-3 voor een argument waarom wij neutraal prefereren boven non-binary.
  2. Het is zinvol om intersekse personen die dat willen bij een transitie naar neutraal geslacht te faciliteren. Dit kan eventueel al vanaf de geboorte zo zijn: een ANAB-persoon (assigned neutral at birth). Het is ook zinvol om verschijningsvormen van genderdysforie te accepteren als gronden voor een transitie naar neutraal geslacht. Dit in samenhang met een medische indicatie voor de transitie naar neutraal geslacht.
  3. De wet kan een stap in de goede richting zijn zonder definitief alles voor altijd te regelen. Bij de overgang naar neutraal geslacht dient men te weten dat nog heel lang de wetgeving 2G-sporen (2G staat voor twee genders) zal dragen en dat men daar niet gemakkelijk iets aan kan doen.
  4. Zowel bij de geslachtsovergang van mannelijk naar vrouwelijk als bij die van mannnelijk naar neutraal zal de transgender persoon expliciet afstand moeten doen van het verwerven van het recht om ruimten te bezoeken die kennelijk beoogd zijn om safe spaces te leveren voor AFAB cis-gender personen. Een soort van bathroom law maar dan negatief.
  5. Het advies van een deskundige blijft wenselijk, zij het dat duidelijk moet worden gemaakt welke deskundigheid dit betreft en welke criteria hier aan de orde zijn. Denkbaar is dat een nieuwe deskundigheid in het leven geroepen moet worden om deze taken naar behoren te vervullen. Hier was de oude wet (ook na 2014) ontoereikend omdat deze niet aangeeft welke deskundigheid hierbij aan de orde zou zijn, en welke criteria aangelegd zouden moeten worden.
  6. Het Duitse wetsvoorstel voor een nieuwe transgenderwet gaat uit van het idee dat misbruik van die wet vermeden moet worden, maar levert geen helderheid over wat men onder misbruik zou kunnen verstaan. In de toelichting van een alternatieve nieuwe transgenderwet zou vrij precies moeten worden aangegeven welke vormen van misbruik men zich kan voorstellen en hoe er op kan worden toegezien dat zulk misbruik binnen de perken zal blijven.
  7. De wet zou het gegeven moeten bevatten dat gender en seksuele oriëntatie in beginsel los van elkaar staan. 

Het inhoudelijk invullen van de punten 4, 5 en 6 zal heel wat hoofdbrekens vergen maar door goed teamwork valt dat naar wij denken wel te bereiken.


Reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *