Jan Bergstra & Laurens Buijs
Amsterdam Gender Theory Research Team
Op YouTube gaat een interview rond met Marcus Dib. Dib is geboren als vrouw, maar gaat nu als transseksuele man door het leven. Toch ziet “hij” zichzelf als biologisch vrouw, en wil “hij” geen transgender genoemd worden.
We zien een frappant sterke en duidelijke spreker in dit interview. Dib levert relevante kritiek op co-essentialisme (ofwel het “woke” idee dat iedereen zelf kan bepalen of die man of vrouw is). “Hij” komt dichter bij het essentialisme (ofwel het conservatieve idee dat het verschil tussen man en vrouw gewoon in de biologie vastligt), maar wijkt daar ook weer vanaf.
Lees meer over essentialisme en co-essentialisme:
Onze zoektocht naar een middle-of-the-road gendertheorie heeft ons in een merkwaardige tweefrontenoorlog gebracht
Opmerking: We gebruiken voor het aanduiden van Marcus Dib “hij” als persoonlijk voornaamwoord (tussen aanhalingstekens), omdat we niet weten of we anders hij, zij of hen zouden moeten schrijven. Overigens, een verschil tussen ‘hij”, “zij” en “hen” maken we vooralsnog niet. Dit correspondeert vrij goed met de ongedefinieerde gender uit AGTRT-1.
De positie van Marcus Dib is als volgt samen te vatten:
(a) “Hij” is niet gewoon trans (F2M trans),
(b) “Hij” is transseksueel (F2M, met volledige medische/operatieve transitie, en ook sociaal, qua gedrag en qua kleding),
(c) “Hij” ziet zichzelf als biologisch vrouw,
(d) “Hij” wil niet transgender genoemd worden omdat hij de connotaties daarvan die niets met biological gender te maken hebben niet accepteert.
(e) “Hij” heeft niet de wens om als man te worden gezien omdat “hij” wat “hem” betreft een vrouw is. “Hij” heeft alleen de wens om zich als man voor te doen, te kleden en te gedragen,
(f) “Hij” zou graag genderneutraal willen zijn maar hij meent dat genderneutraal een inhoudsloze classificatie is en “hij” ziet daar om die reden van af.
“Hij” heeft een aantal additionele posities:
(i) Genderneutraal bestaat niet (zoals “hij” zegt: non-binary bestaat niet),
(ii) Gender is geen bruikbare term meer (te veel invloed met een politieke bias),
(iii) Puberty blockers zijn problematisch,
(iv) De detransitioning movement groeit en verdient steun,
(v) Support bij volwassenen die transseksueel willen worden is problematisch als deze mensen andere psychiatrische problemen hebben,
(vi) De term non-binary is “offensive” (maar met iets andere argumenten dan wij noemden in AGTRT-3).
(vii) “Hij” wil zich niet laten dwingen om zijn eigen gender pronouns (persoonlijke voornaamwoorden) te kiezen, op dat punt moet vrijheid bestaan. “Hij” wil wel met “hij” worden aangesproken maar gaat een ander daar niet toe dwingen.
Voor sommige mensen die aan genderdysforie lijden is de oplossing van Marcus Dib ongetwijfeld bruikbaar. Deze mensen vragen niet om legaal als transgender aangemerkt te worden. Dit impliceert de mogelijkheid om het concept transsexing te herdefiniëren. Iemand is dan “beperkt” transseksueel wanneer er geen sprake is van transgendering (in juridische zin) of van een wens daartoe.
De opstelling van Marcus Dib stelt formele gendertheorie (en de verschillende varianten daarvan) voor een aantal intrigerende vragen, en die vragen bespreken we hieronder in het kort.
- Dib gaat er vanuit dat er een moderne biologische definitie van sekse wordt gebruikt (waaruit onvermijdelijk volgt dat “hij” nog steeds een vrouw is). Dat wekt de indruk dat (M2F-) transseksuelen die destijds meenden een vrouw te worden het niet goed begrepen hadden. Maar dat hoeft natuurlijk niet zo te zijn. Zij hadden alle recht om een morfologische definitie van (nog niet zo benoemde biologische) sekse te gebruiken, met als consequentie dat zij juist wel van sekse muteerden, zodat de term transseksueel met recht werd gebruikt. Het gebruik van de term transseksueel door Marcus Dib is enigszins paradoxaal. Hij gebruikt de term juist omdat hij geen verandering van sekse claimt. In elk geval brengt Dib transseksualiteit weer terug in de discussie, terwijl de term verouderd leek.
- Ook het co-essentialisme staat voor een vraag: Dib heeft kennelijk een mannelijke genderidentiteit maar claimt een vrouw te zijn. Dat past niet echt in de gedachte dat genderidentiteit bepalend is voor gender. Betekent dit vanuit co-essentialistisch perspectief dat Marcus Dib een man is ook al ziet “hij” dat zelf anders?
- Ook vanuit essentialistisch perspectief roept de positionering van Marcus Dib vragen op: Dib is vrouw, maar is morfologisch man. Vanuit TERF-perspectief is dan de vraag: heeft Dib wel of niet of toegang tot de kleedhokjes voor vrouwen (etc.)?
- Dib stelt het ontwerp van FGT (formal gender theory) voor een tamelijk fundamentele vraag. Stel een persoon X komt met een eigen verhaal over zichzelf in relatie tot biologische sekse en gender; moeten we nu het recht van X om een eigen theorie over zichzelf te hebben accepteren en proberen om deze theorie in de formele gendertheorie te incorporeren, bijvoorbeeld door slimme concept engineering? Of mogen we ook zeggen: “X kan zo veel beweren, daar doen we niks mee”? Neem als voorbeeld een persoon Y die claimt links een man te zijn en rechts een vrouw. Het is op voorhand een illusie dat formele gendertheorie zo’n idee zinvol kan accommoderen, en wij hebben weinig anders dan te zeggen dat we Y niets te bieden hebben, qua theoretische verheldering of wat dan ook. Maar is Marcus Dib nu zo’n “buitenissig” voorbeeld (als Y), of heeft Dib een relevante positie die we juist wel ten volle serieus moeten nemen en in FGT moeten zien in te passen? Wij zijn er nog niet uit.
- Marcus Dib vertaalt op creatieve wijze de leugenaarsparadox naar gendertheorie door eigenlijk het volgende te zeggen: “Ik heb niet de gender die jullie mij toekennen, ook niet als jullie mij vragen om eerst mijzelf een gender toe te kennen, want dan geef ik daarop geen antwoord”. Het is duidelijk dat elke variant van gendertheorie moeite zal hebben om daar overtuigend mee om te gaan. Dit is een zuiver logisch probleem dat je met elke classificatie van mensen in een beperkt aantal categorieën tegen zult komen, met gender heeft het niets te maken. Hetzij de classificatie is niet compleet (niet iedereen valt te classificeren met de gegeven categorieën) of de classificatie is soms dwingend (men kan zich aan classificatie niet onttrekken).
Het vijfde punt hierboven is van groot belang. Wie gender ziet (zoals wij dat zelf doen) als een manier om mensen in drie klassen onder te brengen (mannelijk, vrouwelijk en neutraal), kan er niet aan ontkomen dat gendertoekenning soms een dwingend karakter draagt. Het concept gender wordt daarmee onvermijdelijk in sommige omstandigheden “oppressive” (onderdrukkend).
Nu is een indeling van mensen in biologisch man/biologisch vrouw evenzeer onderdrukkend”. De vraag is dus niet om bij concept engineering van gender te vermijden dat de ontworpen notie van gender oppressive is. De vraag is om een concept van gender te ontwerpen dat enerzijds maatschappelijk bruikbaar en relevant is en anderzijds zo min mogelijk onderdrukkend is.
We kunnen er niet omheen dat iedere variant van formele gendertheorie (FGT) ten aanzien van Marcus Dib “onderdrukkend” is. De aanname die FGT in alle varianten doet is namelijk dat MD één van drie mogelijkheden als gender krijgt toegewezen: mannelijk, vrouwelijk of neutraal.
Concreet: vanuit essentialistisch perspectief is Marcus Dib een vrouw (vrouwelijk gender), vanuit het perspectief van een gematigde MotR-versie van FGT is Dib een man (mannelijk gender). Vanuit co-essentialistisch perspectief heeft Dib (vermoedelijk) neutraal gender. Maar geen van deze categoriseringen zal Dib accepteren, want Dib “doet niet aan gender”, en dus er zal bij de toekenning van gender aan Dib sprake zijn van onvrijwilligheid van de zijde van Dib. Door een nieuwe categorie van gender toe te voegen lossen we dit probleem niet op, want ook dan kan Dib elke gendertoekenning afwijzen.
Geef een reactie